Zet een ruime pan met water op vuur en breng dit aan de kook.—Voeg de gewassen stukken broccoli toe. Breng het aan de kook. Dit duurt circa 3 tot 5 minuten.— De broccoli moet beetgaar zijn. Zorg ervoor dat het niet te zacht is, anders wordt het te papperig tijdens het prakken.—Giet de broccoli af en laat het uitlekken in een vergiet.—Doe de uitgelekte broccoli weer in de pan (zonder vocht).— Voeg het zout, de geperste knoflook, gebroken gedroogde rawitpepers en de kokosolie toe.—Prak de broccoli grof. Er mogen wat grove stukken van de stronk aanwezig zijn. Deze kun je eventueel met een mes wat kleiner snijden. Prak het niet te lang en te fijn anders komt er vocht vrij. Dat voorkomt het vormen van de ballen.—Roer vervolgens de gesneden en gesnipperde uien toe en roer alles goed samen.—Vorm nu met de handen (grote) ballen.—De grote van de ballen kun je zelf bepalen. Ik maak ze net iets groter dan een bitterbal.—Serveer de ballen bij de lunch of diner. De ballen kunnen zowel koud als warm gegeten worden.—Tips: 1. Je kunt de broccoli ballen een paar dagen gekoeld bewaren.—2. Maak kleinere balletjes en serveer ze als tapas.—3. Ben je niet dol op korianderblad, vervang deze dan bijvoorbeeld door vers gesneden bieslook, basilicum of oregano.—4. De lekkerste kokosolie is de pure (huisgemaakte)kokosolie. Het gaat niet alleen om het vet, maar vooral de lichte kokossmaak zelf.—5. Je kunt ipv kokosolie ook 1 a 2 eetlepels ghee gebruiken of goede roomboter.—6. Je kunt de genoemde vetsoorten door bijvoorbeeld lijnzaad-, mosterd- of olijfolie vervangen. Echter stollen deze oliën niet en kunnen de ballen zachter van structuur zijn en blijven ze dus niet mooi rond.